Home Malawi database

|
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Foto: Hobbyvis ( Ger )
Otopharynx Lithobates
Karakter:
Erg vreedzame vis die alleen tegen andere mannetjes van zijn eigen
soort agressief zal zijn. Dus het beste is om maar 1 mannetje op een aantal vrouwtjes te houden. Drukke Mbuna soorten zijn
niet gewenst om bij deze vissen te houden.
Uiterlijk:
De
mannetjes hebben een prachtige blauwe kleur met een gele streep die begint tussen de ogen en eindigd in de rugvin en worden
ongeveer 15 cm. De vrouwtjes hebben een grijs bruine kleur en worden maar 13 cm.
Inrichting:
Deze vissen hebben een aquarium nodig van minimaal 1.50 m. Deze
vissen ( vooral de vrouwtjes ) stellen het op prijs als er holen en fijn zand in het aquarium aanwezig zijn. Deze planten:
Anubias, Valisneria en Javavaren worden met rust gelaten.
Kweek:
Een mannetje maakt een territorium waar ook een hol in de buurt
is. In het hol vind de paring en de bevruchting van de eieren plaats. De broedende vrouwtjes blijven in het hol zolang ze
de eieren in hun bek hebben. Na ongeveer 3 weken laten ze het jongbroed los. De jongen kunnen makkelijk worden opgekweekt
met artemia naupliën of fijngewreven droogvoer.
Voeding:
In de natuur eten deze vissen de uitwerpselen van vissen die herbivoor
zijn. In het aquarium eten ze erg gevarieerd voedsel zoals: mysis, krill, cyclops, artemia, watervlooien, witte-, zwarte muggenlarven
en droogvoer.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,5 t/m 8,0
Gh: 12-16
Herkomst:
Malawi meer / Mumbo, Thumbi
West, Thumbi East, Zimbawe Rock en Chinyamwezi.
Eigen
ervaringen:
|
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Placidochromis Phenochilus
Karakter:
Deze vis
is vreedzaam tegen andere medebewoners. De vrouwtjes kunnen soms weleens schuw zijn. Drukke Mbuna soorten zijn niet gewenst
om bij deze vissen te houden.
Uiterlijk:
De mannetjes worden ongeveer 20 cm en de vrouwtjes blijven iets
kleiner zo rond de 17 cm. De mannetjes hebben een diep blauwe kleur en over het hele lichaam hebben ze lichtblauwe vlekjes.
De vrouwtjes zijn grijs blauw van kleur en hebben donkere dwarsbanden over het lichaam lopen.
Inrichting:
Deze vissen hebben een aquarium nodig van minimaal 1.50 m. Deze
vissen ( vooral de vrouwtjes ) stellen het op prijs als er holen en fijn zand in het aquarium aanwezig zijn.
Kweek:
De paring en bevruchting van de eieren neemt op het zand of op
een platte steen plaats. Het vrouwtje heeft het jongbroed ongeveer 3 weken in haar bek. Daarna spuugt ze de jongen uit en
kan je ze makkelijk opkweken met artemia naupliën of fijngewreven droogvoer.
Voeding:
Krill,
mysis, artemia, watervlooien, witte-, zwarte muggenlarven, cyclops en droogvoer.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,5 t/m 8,0
Gh: 8-12
Herkomst:
Malawi
meer, langs de noordwestelijke kust, ten noorden van South Rukuru.
Eigen ervaringen:
|
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Foto: Frans Hoogervorst
Protomelas Taeniolatus
Karakter:
De mannetjes
kunnen territoriaal zijn, maar hun territorium is vrij klein. Omdat deze soort over het algemeen qua karakter rustig is hebben
deze vissen liever een aquarium waar geen Mbuna soorten in zitten.
Uiterlijk:
Deze vissen
worden ongeveer 15 cm. De mannetjes zijn kleurrijk en de vrouwtjes zijn zilvergrijs en hebben 2 zwarte lengtebanden over het
lichaam.
Inrichting:
Deze vissen
hebben een minimale bakmaat nodig van 1.50 m. De vrouwtjes van deze soort willen graag een hol om zich af en toe in terug
te trekken als het mannetje te agressief is. Echte rotspartijen hebben deze vissen niet nodig.
Kweek:
De beste verhouding om deze vissen te kweken is 1 man op 2-3 ( of meer ) vrouwtjes.
De kweek gaat erg gemakkelijk. Broedende vrouwtjes verschuilen zich meestal in een hol, waar ze
later ook hun jongen uitspugen. De vrouwtjes houden de eitjes / larfjes
21 dagen in hun bek. Als ze de jongen uitgespuugd heeft zal ze nog ongeveer 3 weken voor de jongen zorgen. Het jongbroed is
makkelijk op te kweken met artemia naupliën en cyclops.
Voeding:
Mysis,
krill, artemia, cyclops, watervlooien, zwarte-, witte muggenlarven en droogvoer.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 26 C
Ph: 7,5 t/m 8,5
Gh: 5-8
Herkomst:
Malawi
meer.
Eigen ervaringen:
Foto: Rico
Pseudotropheus
acei
Karakter:
De
mannetjes zijn wel territorium gericht. Het is ook niet aan te raden om meerdere mannetjes in een aquarium te plaatsen. Deze
cichlide is goed te houden in de verhouding 1 man en 3 vrouwen. Je kan het beste de Pseudotropheus Acei niet in een aquarium
onderbrengen met Utaka, Aulonocara soorten en de zandbewonende cichliden van de geslachten Lethrinops en Nyassachromis. Ze worden
niet groter dan 16 cm.
Inrichting:
Het aquarium
moet minstens 1.50 m lang zijn. Ook flinke rotspartijen worden gewaardeerd door deze cichliden. Anubias en Valisneria zullen
het uitstekend doen in een P. Acei aquarium.
Kweek:
Kweek vrij
eenvoudig. De legsels bevatten meestal 30 eieren. Na ongeveer 21 dagen spuugt het vrouwtje het jongbroed uit en verzorgd ze
het jongbroed nog een paar weken.
Voeding:
Mysis, cyclops, krill, witte,- zwarte muggelarven, artemia, vlokvoer, sticks.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Malawi meer.
Eigen
ervaringen:
|
|
Foto: Ton
|
Foto: Ewald v. Es
|
|
|
Foto: Corien
|
Foto: Corien
|
Pseudotropheus
crabro
Karakter:
De
Crabro ( in het Latijns: horzel ) is een klein soort Malawi cichlide en word ongeveer 15 cm. In
de natuur is de Crabro een poetsvis voor een grote meerval soort (Bagrus Meridionalis ). Deze cichlide ontdoet de meerval van levende karperluis Argulus Africanus. Tegenover andere Malawi’s
zijn ze niet echt agressief.
Inrichting:
Ze houden
van veel holen en rotspartijen.
Kweek:
Meestal
paren de Crabro’s in holen. Broedzorg gaat hetzelfde als bij alle andere Mbuna soorten.
Voeding:
Cyclops,
artemia, mysis, krill, witte-, zwarte muggelarven, garnalen, koolvisfilet, mosselen, vlokvoer en sticks
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Deze Mbuna komt in nagenoeg het gehele meer voor. Wordt niet aangetroffen
langs de noordoostelijke oever, ten noorden van Ruhuhu.
Eigen
ervaringen:
Foto: Ton
Pseudotropheus
polit
Karakter:
Het is een
kleinblijvend soort Mbuna cichlide en wordt maar 10 cm groot.
Mannetjes
die gaan paren zijn erg agressief als het gaat om het verdedigen van hun territorium. Vrouwtjes leven in kleine groepjes apart
van de mannetjes.
Inrichting:
Omdat de
mannetjes best wel agressief kunnen zijn is een 1.50 aquarium een must.
Het aquarium
moet ingericht worden met diverse rotspartijen zodat de vrouwtjes zich kunnen terug trekken als ze achterna gezeten worden
door de mannetjes of als de vrouwtjes eitjes hebben kunnen ze zich terug trekken in de rotspartij.
Kweek:
De paring
gebeurd in een klein hol. Elke vis word dan weggejaagd door het mannetje. Broedende vrouwtjes trekken zich terug in het hol
of in spleten. Na ongeveer 21 dagen spuugt ze de kleintjes uit.
Voeding:
In de natuur
vinden ze hun voedsel in de Aufwuchs die op de rotsen groeien. In het aquarium eten ze eigenlijk alles wel zoals: artemia,
krill, mysis, cyclops, witte-, zwarte muggelarven, droogvoer, sticks.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
De Pseudotropheus polit komt slechts voor tussen de rotsen van Lion's Cove, Malawi
Eigen
ervaringen:
|
|
Foto: Ewald v. Es
|
Foto: Corien
|
Pseudotropheus socolofi
Karakter:
Deze cichlide is een van de kleinere soorten van het Malawi meer. Ze
worden maximaal 10 cm. Over het algemeen zijn de Socolofi’s vreedzaam.
Inrichting:
Socolofi’s houden graag van rotspartijen en hebben meestal wel
een territorium. Ze graven ook vaak dus pas op met losse stenen te stapelen in het aquarium. Anubias en Javavaren overleven
prima bij de Socolofi’s.
Kweek:
Vrij eenvoudig. Het jongbroed kan je voeren met levende artemia of fijngestampt
droogvoer.
Voeding:
Mysis, krill, artemia, cyclops, witte-, zwarte muggelarven, garnalen,
koolvisfilet, spirulina vlokken, vlokvoer, sticks.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Malawi meer
Eigen ervaringen:
Claudia:
Socolofi’s hebben ondanks hun niet zo grote afmeting een pittige karakter en gaan nooit een ruzie
uit de weg. Meestal loopt het wel goed af. Over het algemeen zijn ze best makkelijk te houden. Ze kweken ook makkelijk in
het aquarium en ik heb er altijd wel wat van over gehouden.
|
|
Foto: Claudia
|
Foto: Claudia
|
Pseudotropheus zebra
Karakter:
Zijn erg onverdraagzaam naar soortgenoten en naar andere Malawi’s.
Inrichting:
Gebruik heel veel stenen om veel holen te maken zodat de vissen een toevluchtsoord hebben om te
schuilen voor andere agressieve Zebra’s.
Kweek:
Eenvoudige kweek. Zebra’s hebben geen vaste paarbinding dus het vrouwtje zorgt alleen voor
het jongbroed.
Voeding:
Koolvisfilet, garnalen, krill, mysis, cyclops, witte-, zwarte muggelarven, artemia, spirulina vlokken,
droogvoer, sticks.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Malawi meer.
Eigen ervaringen:
Claudia:
Ik heb niet zulke goede ervaringen met Zebra’s. Ik vind ze veel te agressief en ze onderdrukken
elke Malawi die ze tegen komen in het aquarium. Doordat ze zo agressief zijn kan heel de sfeer in het aquarium verpest worden.
Ik heb nog een paar Zebra’s maar ik zou ze nooit meer kopen.
|
|
Foto: T. v. Malsen
|
Foto: Wouter
|
Foto: Frans Hoogervorst
|
Nimbochromis livingstonii
Karakter:
Nimbochromis livingstonii’s zijn flinke rovers. Aulonocara soorten
en kleinere visjes worden als prooi gezien. Ze hebben geen vast territorium. Als je de Livingstonii voert met kleine visjes
kunnen ze agressiever worden tegenover andere kleine medebewoners.
Inrichting:
Ze hebben best een groot aquarium nodig ( zo rond de 2 meter ) vanwege
hun afmeting ( 25 cm ). Ze houden van een open inrichting, dus veel zand en weinig rotspartijen.
Kweek:
De kweek is hetzelfde als die van de Nimbochromis venustus. Legsel kan
50 tot 150 eieren bevatten.
Voeding:
Koolvisfilet, garnalen, mosselen, artemia, krill, mysis, zwarte-, witte muggenlarven, cyclops, droogvoer
en sticks.
Waterconditie:
Temp: 24 t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Malawi meer.
Eigen ervaringen:
|
|
Foto: Hobbyvis ( Ger )
|
Foto: Claudia
|
Nimbochromis
venustus
Karakter:
Deze cichlide
is een goede rover op kleine visjes en tegenover soortengenoten kan de Venustus erg agressief zijn.
Inrichting:
Het aquarium
moet zeker 1.50 m lang zijn om agressiviteit te voorkomen en vanwege zijn lengte ( maximaal 25 cm ). Rotspartijen zijn verplicht
omdat de vrouwtjes met eieren en “zwarte schaapjes” zich hier lekker in kunnen verstoppen als een mannetje Venustus
zich agressief gedraagt.
Kweek:
De kweek
gaat vrij eenvoudig, maar tijdens de paring mag je de vissen niet laten schrikken, want dan is de kans groot dat ze de eitjes
uit zal spugen.
Voeding:
Koolvisfilet,
mysis, krill, witte- en zwarte muggenlarven, garnalen, mosselen, artemia, cyclops, droogvoer en sticks.
Waterconditie:
Temp: 24
t/m 27 C
Ph: 7,3 t/m 8,8
Herkomst:
Malawi meer.
Eigen
ervaringen:
Claudia:
Deze cichliden hebben een aantal jaren in mijn aquarium
gezeten. Venustussen roven bijzonder goed als ze eenmaal de smaak te pakken hebben. Ze zaten bij mij bij een stel Neolamprologus
Brichardi’s en een paar andere Malawi’s. De Venustus man was altijd hongerig en ging toen maar achter de Brichardi’s
aan en dat kon hij erg goed, zo goed zelfs dat hij 5 cm Brichardi’s in zijn bek had om op te eten. Van agressiviteit
naar de Venustus vrouwtjes en de andere Malawi’s heb ik nooit echt veel gemerkt.
Home Malawi database
|
 |
|
 |
|
 |
|
|